| Inleiding 
 InleidingWe kennen drie soorten vergisting n.l.
 - De boven of hoge gisting- De onder of lage gisting
 - De spontane gisting
 De boven of hoge gisting:
 Dit is de oudste techniek. Sinds het ontstaan van het bier heeft
                  men bovengisting toegepast. Ook de wijnbereiding is een bovengisting.
                  Elke bovengistende brouwer heeft zijn eigen gistrassen die hij
                  zorgvuldig bewaart en bewaakt. Bij een bovengisting wordt het
                  karakter, de reuk en de smaak hoofdzakelijk bepaald door de
                  gistsoort. Bij de bovengisting wordt het wort uit het brouwhuis
                  teruggekoeld tot 15 graden Celsius. Men laat de temperatuur
                  tijdens het gisten (soms) oplopen tot 25 graden. Einde gisting
                  koelt men terug tot 5 graden en kan het verpompen naar de lageringstank
                  beginnen. De gist wordt einde gisting afgeschept en kan opnieuw
                  worden gebruikt. De nagisting op fles gebeurt ook alleen maar
                  bij bovengistende bieren. Bij de nagisting wordt nog suiker
                  en gist toegevoegd voordat het bier in de fles afgevuld wordt.
                  Dan wordt het bier in de fles nagegist bij een temperatuur van
                  20 graden. Door de zwaartekracht zakt de gist naar de bodem
                  van de fles.
 De onderof lage gisting:De bieren van bovengisting waren vroeger snel aan bederf onderhevig.
                  Op een bepaald moment ontdekte men dat bier, bij lage temperatuur
                  vergist en bewaard, minder snel bedierf. De uitvinding van de
                  koelmachine was dus zeer welkom. Bovendien zakte de gist naar
                  de bodem en hoefde dus niet meer afgeschept te worden.
 Na de ontdekking van Pasteur dat er verschillende gistrassen
                  zijn isoleerde men ook de ondergistende soorten. Het was de
                  Deen Hansen die als eerste een raszuivere gist isoleerde. In
                  Nederland werd rond 1870 de eerste ondergistende brouwerij gebouwd,
                  namelijk die van Amstel. Heineken volgde enkele jaren later.
                  Nederland liep nogal achter de feiten aan want reeds in 1420
                  werd al over ondergisting gesproken in München. Bij de
                  ondergisting wordt het wort uit het brouwhuis teruggekoeld tot
                  6-8 graden. Tijdens de gisting laat men de temperatuur oplopen
                  tot 10-12 graden. Is het bier vergist dan koelt men het zover
                  mogelijk terug en verpompt het naar de lager-kelders waar het
                  bier op 0 graden wordt bewaard. De gist wordt onder uit de gistkuip
                  gehaald en kan voor een volgende vergisting worden gebruikt.
                  Van een reincultuur kan men achtereenvolgens 8 brouwsels vergisten.
 De spontane vergisting:Dit is een mengsel van hoge en lage gisting, maar meestal hoge.
                  De vergisting gebeurd niet door het toevoegen van gistrassen
                  maar door wilde gist (en bacteriën) die zich in de lucht
                  bevindt. Het gistingsproces duurt veel langer, soms wel enkele
                  maanden tot jaren!!! Er is slechts 1 plaats waar deze vergistingmethode
                  wordt toegepast en dat is in het Zenne dal vlak bij Brussel.
                  De meest bekende bieren van deze methode zijn de geuze lambiek
                  bieren.
 De lageringZowel het bier van lage als dat van hoge vergisting, is na de
                  eerste vergisting niet direct klaar voor consumptie. Het bier
                  wordt overgebracht naar de lagertanks. Hier blijft het minimaal
                  een week liggen, hoewel er ook bieren zijn die wel een jaar
                  blijven liggen. Tijdens de lagerperiode wordt een aantal niet
                  gewenste stoffen, die vrij zijn gekomen tijdens de vergisting,
                  afgebroken.Tevens gaat de vergisting langzaam door. De term
                  lager komt van het duitse lagern wat
                  opslaan betekend.
 
  De filtratieVroeger werden de bieren niet gefiltreerd. Ze werden met natuurlijke
                  klaringsmiddelen in de klaringskuipen geklaard. Zeker bovengistende
                  bieren werden niet gefiltreerd. Een groot nadeel van filtreren
                  is ook het verwijderen van een aantal smaakstoffen. Filtratie
                  wordt dan ook meestal om marketing technische redenen gedaan.
                  Het gefilterde bier ziet er voor de consument beter uit. Het
                  gefiltreerde bier wordt opgeslagen in helderbiertanks, vanwaar
                  het naar de flesafvul- of vatenafvulinstallatie wordt gepompt.
 De afvullingTegenwoordig vult men af in flessen, vaten en soms zelfs tanks
                  van 500 of 1000 liter.
 |